Samen met mijn neefje begon het avontuur richting WHY2025. Oorspronkelijk wilden we met het openbaar vervoer reizen, maar al snel bleek dat een minder goed plan: te veel spullen, te zwaar, te omslachtig. Last minute besloot ik te kijken op de ticket-swap pagina voor een parkeerticket. Tot mijn verbazing kwam ik daar de naam van niemand minder dan Bert Hubert tegen. Voor mij een bekende naam in de securitywereld, voor mijn neefje zowat een held. Ik hintte hem om contact te zoeken, misschien zelfs al voor het evenement kennis te maken. Helaas was het ticket net weg, maar uiteindelijk bleken er gewoon nog officiële parkeertickets te koop. Iets duurder dan eerder, maar alsnog goedkoper en praktischer dan een treinreis heen en terug. Het lot had dus besloten: we gingen met de auto.
De rit duurde ongeveer een uur. Met een mix van 80’s en 90’s muziek op de achtergrond (volgens mijn neefje heb ik verrassend goede roadtrip-smaak) en een podcast over Bassterlord, een beruchte figuur uit de cybercrimewereld, zat de sfeer er meteen goed in. Onderweg maakten we een pitstop in Alkmaar, waar we in een Turkse eettent aten. Ik een dürüm, mijn neefje een patat, met uitzicht op een vijver waarin een bootje lag dat leek op het dak van een huis. Het gaf even een absurdistisch beeld, en we konden er allebei om lachen. Een onverwachte, bijna filmische pauze voordat het echte evenement begon. Misschien wel een voorteken van wat er komen gaat.
Eenmaal dichter bij het terrein zagen we hoe de horizon veranderde in een dorp van tenten. Tussen de velden verrezen complete mini-steden van zeil, hout en creativiteit. De ingang naar de parkeerplaats vonden we niet meteen; we reden zelfs even een doodlopende weg in, misleid door een banaanfiets die precies die kant opging. Later bleek diezelfde banaanfiets bij een tent in onze eigen village te staan (een toeval dat ons nog dagenlang aan het lachen maakte.)
Het moment dat we uitstapten voelde als thuiskomen. Overal om ons heen liepen mensen met dezelfde fascinatie voor techniek, security en creativiteit. Er was een pick-up service om spullen te vervoeren, maar onze village lag vlakbij, dus besloten we zelf te lopen. Terwijl we richting de service liepen, kwamen we spontaan bekenden tegen: vrienden van hackerspace Randomdata, die net een vrijwilligersshift draaiden. Dat onverwachte weerzien, precies op dat moment, zette meteen de toon voor de rest van de dagen.
Met zware tassen onder een brandende zon liepen we naar onze plek. Ik had bedacht mijn spullen in een handkoffer met wieltjes te stoppen (iets wat over gras nooit goed leek te werken, maar tot mijn verbazing rolde het beter dan verwacht). Mijn had die luxe niet en keek iets vermoeider naast me. Onze village, RandomOrange, was een samenvoeging van Randomdata en OrangeCon, en bood plek aan meer dan veertig mensen. De meesten waren al een dag eerder aangekomen, dus het terrein stond grotendeels vol. Wij vonden een laatste plek aan de rand en zetten daar onze tent op.
Na het opzetten nam ik een moment om stil te staan, om me heen te kijken en de eerste indrukken binnen te laten komen. Het gevoel was moeilijk te omschrijven, maar het was er meteen: dit wordt bijzonder.
Nadat de tent eenmaal stond, nam ik een moment om op adem te komen. De zon brandde, mijn energie was laag, maar tegelijk voelde het goed. Vermoeid, ja, maar ook enthousiast om eindelijk te zien wat er allemaal om me heen gebeurde.
In een paar minuten tijd liep er van alles voorbij: iemand op een zelfgemaakt mini-wagentje met wieltjes, een eenwieler die uit het niets opdook, een robot die op afstand werd bestuurd en mensen nat spoot met water, en zelfs een bekend gezicht waarmee ik spontaan een gesprek begon. Het was een aaneenschakeling van absurde en grappige momenten, en ik merkte dat ik er alleen maar vrolijker van werd. Vanaf dat moment wist ik: dit is de sfeer waar ik me meteen in thuis voel.
’s Avonds, zodra het donker werd, kwam het terrein pas echt tot leven. Overal lichtinstallaties, rookmachines en creatieve uitingen. De mist die zich soms over het veld legde, gaf alles een bijna spookachtig tintje. En dan waren er nog de vlammenwerpers die metershoge vuurstralen de lucht in schoten. Het kreeg al snel de bijnaam “de firewall van WHY2025”
De ontmoetingen liepen intussen vanzelf. In onze village, RandomOrange, leerde ik direct nieuwe mensen kennen. Er werd over security gepraat, maar net zo makkelijk over de kleine dagelijkse dingen. Tot mijn verrassing ontmoette ik twee mannen die een workshop parfummaken organiseerden. Buiten hun werk in IT hadden ze een diepe interesse in geuren en parfumerie, net als ik. Het voelde bijna onwerkelijk om anderen te treffen met diezelfde unieke combinatie van passie voor technologie én parfums. We spraken lang, ik liet een stukje van mijn eigen collectie zien (Thaise en Cambodjaanse oud) en ze waren net zo onder de indruk als ik. We wisselden contactgegevens uit.
Visueel was er overal iets te zien. Robots, drones die langs scheerden, een mobiele karaokekar die het hele terrein overging, mensen in kleurrijke kostuums, lichtshows die je blik vasthield. Het terrein voelde als een speeltuin vol ideeën, waar elke hoek iets nieuws te bieden had. Het was duidelijk: nog geen paar uur binnen en WHY2025 had al bewezen dat het meer was dan zomaar een conferentie. Het was een wereld op zich.
Voor mij was WHY2025 extra bijzonder omdat het mijn allereerste hacker camp was. Al sinds SHA2017 stond zo’n evenement hoog op mijn verlanglijst, maar er was altijd wel iets dat het in de weg zat: planning, geld of simpelweg de juiste timing. Dit jaar besloot ik pas in juni om tóch te gaan. Het was een spontane keuze, maar tegelijk voelde het alsof ik eindelijk iets inhaalde waar ik al jaren op had gewacht. Dat het evenement eens in de vier jaar plaatsvindt maakt WHY2025 al uniek.
Wat het meteen onderscheidde van andere conferenties of community-events waar ik eerder was, was de hele setting. Geen nette pakken of formele sfeer, maar mensen die relaxed, creatief en vaak zelfs excentriek rondliepen. Het voelde minder als een congres en meer als een tijdelijke samenleving, opgebouwd door gelijkgestemden. Je slaapt in een tent, je leeft dagenlang buiten, en dat geeft een heel andere dynamiek. Zelfs kleine dingen, zoals de kou in de nacht of de condens die ik na de eerste ochtend in mijn tent vond, horen daarbij. Het zijn details die een conferentie nooit kan bieden, maar die juist zo’n kamp onvergetelijk maken.
Daarnaast was de schaal indrukwekkend. Met ruim 3500 deelnemers was er voortdurend iets te beleven. Talks, workshops, villages, ontmoetingen. Het programma was zo uitgebreid dat je constant keuzes moest maken. Waar ik normaal zonder moeite een dagprogramma samenstel, moest ik hier echt schrappen en kiezen. Het voelde bijna alsof je meerdere evenementen tegelijk bezocht, verspreid over één terrein.
En natuurlijk waren er ook de typische WHY2025-momenten. De stroomstoring op de eerste dag bijvoorbeeld, waardoor het programma volledig wegviel. Het was frustrerend en tegelijk typerend: zelfs als de regio buiten het terrein problemen had, werd dat onderdeel van het camp-verhaal. Of de badgechaos, die bijna komisch werd. Dit jaar was er groot uitgepakt met een badge vol technologie (twee ESP32-modules en een LoRa-chip) maar juist die complexiteit zorgde voor vertraging en veiligheidsissues. Toen de badges eenmaal uitgedeeld werden, ontstond er een rij van tientallen meters. Mensen wachtten uren (ik hoorde zelfs verhalen van drie uur in de rij staan). Zelf heb ik dat overgeslagen. Ik gaf mijn ticket aan iemand uit onze village mee, die mijn badge voor me ophaalde. Voor mij voelde het eerder hilarisch dan frustrerend. Typisch hacker camp-chaos, en juist daardoor ook onderdeel van de charme.
Het was precies die mix van grootsheid en imperfectie die WHY2025 voor mij uniek maakte. Alles ademde de energie van een community die iets opbouwt, samenkomt, improviseert en het onderweg oplost. Geen gelikt evenement waar alles vlekkeloos loopt, maar een levend, ademend kamp dat vooral echt voelde.
Eén van de sterke punten van WHY2025 was de enorme diversiteit aan talks en workshops. Er waren momenten dat ik bijna keuzestress kreeg, simpelweg omdat er zoveel tegelijk gebeurde. Toch zijn er een aantal sessies die er voor mij duidelijk uitsprongen:
De talk Knock knock who’s there 2.0 liet zien hoe kwetsbaar fysieke toegangscontrolesystemen nog steeds zijn, zelfs bij gevoelige locaties zoals ziekenhuizen, studio’s en luchthavens. Het was indrukwekkend om te zien hoe onderzoek naar iets ogenschijnlijk kleins kon leiden tot meerdere CVE’s en serieuze veiligheidsdiscussies.
Ook de sessie Hack the Grid maakte indruk. DIVD liet zien hoe digitale kwetsbaarheden in zonnepanelen, laadpalen en batterijen in theorie complete stroomuitval konden veroorzaken. Het was een wake-up call: de energietransitie maakt ons niet alleen duurzamer, maar ook kwetsbaarder.
Een ander hoogtepunt was het grote cyberdebat. Politici en securityprofessionals gingen in gesprek over digitale autonomie, privacy en AI, vlak voor de verkiezingen. Het was scherp, soms chaotisch, maar vooral waardevol om te zien dat de community rechtstreeks invloed kan uitoefenen op de discussie.
En dan natuurlijk iets heel persoonlijks: de workshop Hacking Perfumery. Voor de meesten een creatieve uitstap, voor mij een onverwacht raakvlak. Daar ontmoette ik mensen die, net als ik, naast hun werk in IT een passie voor parfums hadden. We deelden verhalen, ingrediënten en zelfs een stukje van mijn eigen oud-collectie. Het was bijna surrealistisch om juist hier, op een hacker camp, zulke gelijkgestemde parfumliefhebbers tegen te komen.
Naast de talks en workshops deed ik samen met mijn neefje mee aan de CTF. Twee dagen lang zaten we in team 0xLocalGhost aan verschillende challenges. Uiteindelijk werden we 115e van de 1800 teams. Een mooie prestatie, al bleef er een lichte teleurstelling hangen omdat ik wist dat we meer in onze mars hadden. We namen een rustdag, niet doorhebbend dat daarmee eigenlijk onze kans op een hogere eindpositie verdween. Toch was er veel trots: we haalden first blood op de challenge Lockpicking-Green en second blood op Lockpicking-Blue. Dat gaf het teamgevoel een flinke boost.
Naast de CTF was er ook de Secret Token Challenge, waarbij overal op het terrein tokens verstopt waren. Het was slim opgezet: door tokens te zoeken en puzzels op te lossen, zag je vanzelf veel meer van het camp. Het zorgde voor avontuur en competitie, maar vooral voor plezier. De Secret Token van RandomOrange was: secret{RandomDataAndOrangeCon}.
Wat ik achteraf het meest herbeleef, zijn niet alleen de uitdagingen of de talks, maar juist de sociale momenten. Het onverwacht kennismaken met nieuwe mensen, samen lachen om woordspelingen als “firewall” terwijl vlammen metershoog de lucht in gaan, of een gesprek dat uit het niets ontstaat in de village. WHY2025 was een evenement van kennis en techniek, maar vooral van mensen.
De avonden en nachten waren misschien wel de mooiste momenten van WHY2025. Zodra de zon onderging, veranderde het terrein in een compleet andere wereld. De lichtshows kwamen tot leven, er hing een mysterieuze mist over de velden en overal klonk muziek of gelach. Eén nacht was de mist zelfs zo dik dat ik niet meer dan een meter vooruit kon kijken. Samen met een vriend van Randomdata navigeerde ik met mijn telefoonlicht 3 uur in de nacht door de nevel, alsof we in een cyberpunkfilm waren beland. Natuurlijk had ik mijn camera mee, en de foto’s die ik toen maakte behoren tot mijn favoriete herinneringen van het hele camp.
Er waren ook avonden met gezamenlijke filmvertoningen. Zo keek ik met een groep naar Wargames, een klassieker in de hacker- en securitycultuur. Het was bijzonder om te merken hoeveel quotes en verwijzingen nog steeds herkenbaar zijn binnen de community. Het voelde als een gedeeld cultureel erfgoed, bijna alsof je een ritueel onderging waar iedereen deel van uitmaakt.
Qua villages heb ik vooral onze eigen plek, RandomOrange, als thuisbasis ervaren. Maar ik bezocht ook regelmatig de CTF tent, compleet met ligzakken en lockpicksets voor de challenges. Daarnaast waren er bijzondere plekken zoals het computermuseum, de arcadehal en verschillende paviljoens waar talks en films werden vertoond. Midden op het terrein stond een enorme bolvormige tent die elke avond veranderde in een mini-feesttent, met dj’s, rook en felle lichteffecten. Zelfs kleine bouwwerken en installaties die je bij toeval tegenkwam, gaven het terrein een bijna surrealistische charme.
Toch waren het de kleine momenten in de avond die voor mij de meeste waarde hadden. Bij onze village verzamelden we vaak nog even voor het slapen gaan. Gesprekken bij de binnenplaats, samen lachen, of simpelweg een laatavond-snack improviseren. Op één van die nachten maakten we spontaan kaastaco’s met ui (een simpel gerecht, maar voor mij een nostalgisch moment). Ook herinner ik me de bordspelavonden met Exploding Kittens, gespeeld voor het eten. Het zijn die kleine rituelen die het kampgevoel compleet maken: techniek en creativiteit overdag, gezelligheid en verbondenheid in de avond.
WHY2025 was groots in de shows en indrukwekkend in de infrastructuur, maar het echte campgevoel zat voor mij in de balans: samen iets beleven, groot of klein, en weten dat iedereen er onderdeel van was.
Een evenement als WHY2025 draait niet alleen om de talks en de mensen, maar ook om de infrastructuur die alles bij elkaar houdt. Het netwerk was daarbij een verhaal op zich. Officieel had je overal wifi, maar de kwaliteit verschilde sterk per plek. Eduroam werkte bijvoorbeeld alleen in de CTF-tent, waardoor ik meestal terugviel op mobiele data. Dat ging prima, al liep ik wel tegen een verrassing aan: tijdens een CTF challenge moest ik een poortscan doen met nmap. Omdat ik de timing niet laag genoeg had ingesteld, werd ik prompt geblacklist. Het hoort er allemaal bij (een les en een herinnering in één).
Over DECT-telefoons kwam ik pas op het laatste moment iets te weten. Een dag voor het camp leerde ik dat er een compleet intern telefoonnetwerk was opgezet. Heel bijzonder, maar zelf heb ik er geen gebruik van gemaakt. Voor de organisatie en vrijwilligers was het onmisbaar, maar voor bezoekers was het vooral een leuk extraatje om te zien.
En dan de badge, misschien wel hét symbool van hacker camps. Vooraf was er al veel rumoer over de WHY2025-badge, die groots was opgezet met twee ESP32’s, een LoRa-module en een helder full-color display. Ambitieus, maar daardoor ook problematisch. Er kwam een waarschuwing binnen over brandgevaar door de batterijconstructie, waardoor last-minute mitigaties nodig waren. Dat, gecombineerd met productieachterstanden, zorgde ervoor dat de uitgifte pas laat op gang kwam. Resultaat: een rij van tientallen meters, met wachttijden die opliepen tot drie uur.Chaos, improvisatie, en toch een eindresultaat dat je trots laat rondlopen met een badge die bijna een mini-computer op zichzelf is.
Uiteindelijk was dat ook de kracht van de infrastructuur van WHY2025. Het werkte niet altijd perfect, soms was het zelfs ronduit chaotisch, maar het wás er wel. Netwerk, telefoon, badge, stroomvoorziening – alles bij elkaar maakte het camp niet gladgestreken of feilloos, maar wel echt. Het was een omgeving die voortdurend bewoog en waarbinnen iedereen zijn weg vond. Precies zoals je het verwacht van een hackersdorp dat vijf dagen lang uit het niets wordt opgebouwd.